Boekblad 12 november 2010 - De auteurs van uitgeverij Elmar zijn de eersten die niet achter het net vissen om geld te krijgen dat de failliete uitgeverij hen nog schuldig was. Zij verenigden zich en ze maakten gebruik van de Auteurswet. Hun advocaat legt hieronder uit hoe dat in zijn werk ging.
Bij een faillissement gaan enkele crediteuren zoals belastingdienst, bank en werknemers voor bij het betalen van de schulden. Zelden krijgen ‘gewone’ schuldeisers zoals auteurs en fotografen hun achterstallige royalty’s uitbetaald. Toch is het mogelijk dat auteurs (een deel van) het geld krijgen dat de uitgeverij hen nog schuldig was. Met dank aan hun advocaat Christiaan Mensink van GMW Advocaten kregen de 65 verenigde auteurs van de in september failliet gegane uitgeverij Elmar dat voor elkaar.
Mensink zegt dat hierbij van de Auteurswet vooral artikel 12 over het openbaar maken en artikel 13 over het verveelvoudigen van pas kwamen. ‘Hierin staat onder meer dat een auteursrechtelijk beschermd werk niet zonder toestemming van de auteur openbaar gemaakt mag worden of vermenigvuldigd. Verkoop valt daar ook onder. Eigenlijk is dit het hele systeem van de Auteurswet.’
Om zijn boeken te kunnen verkopen, verstrekt de schrijver een licentie aan de uitgever, in ruil voor een percentage van de verkoopopbrengst. Door een faillissement verandert er in beginsel niets aan die afspraken, alleen is het zo dat een failliete uitgever zijn verplichtingen niet meer kan nakomen. Als de curator dat desgevraagd bevestigt, kan de auteur het contract ontbinden, waardoor de aan de uitgeverij verstrekte licentie vervalt. De curator kan de licenties dus niet doorverkopen. Ook mag hij niet de fysieke boeken die in het faillissement zitten doorverkopen zonder toestemming van de auteur. Mensink: ‘Namens de auteurs van Elmar heb ik geëist dat de boeken niet in de ramsj kwamen.’
Ongeveer eenderde van de 250.000 Elmarboeken bij het Centraal Boekhuis gaat mee naar de nieuwe uitgeverij. Nu Elmar doorstart, kan de nieuwe directeur Ton van Poelgeest nieuwe afspraken met de auteurs maken. Mensink voerde namens de auteurs, die zich hadden verenigd onder de noemer 'Schrijvers halen verhaal', onderhandelingen over de toekomstige samenwerking tussen de auteurs en Van Poelgeest. ‘Van Poelgeest koopt de boeken op uit het faillissement. Doordat de schrijvers zich met een beroep op de Auteurswet hebben verzet tegen elke verkoop door de curator waar zij het niet mee eens waren, daalde de verkoopwaarde daarvan. Het geld dat aldus is bespaard op de aankoop van de boeken, wordt nu verdeeld over de auteursnaar rato van hun achterstallige royalty’s bij Elmar.’ Met nadruk zegt de advocaat: ‘De auteurs worden dus niet uit het faillissement betaald, maar op grond van gemaakte afspraken met de doorgestarte uitgever.
Het is naar Mensinks weten voor het eerst dat auteurs na een failliet achterstallige royalty’s krijgen. ‘We hebben slim gebruik van de Auteurswet door onze positie stevig neer te zetten met de 65 verenigde auteurs. Daardoor ging het over bijna alle boeken en niet over een klein deel.’
Mensink, die ook curator was van het failliete Uitgeverij Bzztôh, heeft een heel goede manier gevonden om de rechten van de auteurs te regelen. ‘Dat kan bij een volgend faillissement zo weer gedaan worden.’
Mensink zegt dat hierbij van de Auteurswet vooral artikel 12 over het openbaar maken en artikel 13 over het verveelvoudigen van pas kwamen. ‘Hierin staat onder meer dat een auteursrechtelijk beschermd werk niet zonder toestemming van de auteur openbaar gemaakt mag worden of vermenigvuldigd. Verkoop valt daar ook onder. Eigenlijk is dit het hele systeem van de Auteurswet.’
Om zijn boeken te kunnen verkopen, verstrekt de schrijver een licentie aan de uitgever, in ruil voor een percentage van de verkoopopbrengst. Door een faillissement verandert er in beginsel niets aan die afspraken, alleen is het zo dat een failliete uitgever zijn verplichtingen niet meer kan nakomen. Als de curator dat desgevraagd bevestigt, kan de auteur het contract ontbinden, waardoor de aan de uitgeverij verstrekte licentie vervalt. De curator kan de licenties dus niet doorverkopen. Ook mag hij niet de fysieke boeken die in het faillissement zitten doorverkopen zonder toestemming van de auteur. Mensink: ‘Namens de auteurs van Elmar heb ik geëist dat de boeken niet in de ramsj kwamen.’
Ongeveer eenderde van de 250.000 Elmarboeken bij het Centraal Boekhuis gaat mee naar de nieuwe uitgeverij. Nu Elmar doorstart, kan de nieuwe directeur Ton van Poelgeest nieuwe afspraken met de auteurs maken. Mensink voerde namens de auteurs, die zich hadden verenigd onder de noemer 'Schrijvers halen verhaal', onderhandelingen over de toekomstige samenwerking tussen de auteurs en Van Poelgeest. ‘Van Poelgeest koopt de boeken op uit het faillissement. Doordat de schrijvers zich met een beroep op de Auteurswet hebben verzet tegen elke verkoop door de curator waar zij het niet mee eens waren, daalde de verkoopwaarde daarvan. Het geld dat aldus is bespaard op de aankoop van de boeken, wordt nu verdeeld over de auteursnaar rato van hun achterstallige royalty’s bij Elmar.’ Met nadruk zegt de advocaat: ‘De auteurs worden dus niet uit het faillissement betaald, maar op grond van gemaakte afspraken met de doorgestarte uitgever.
Het is naar Mensinks weten voor het eerst dat auteurs na een failliet achterstallige royalty’s krijgen. ‘We hebben slim gebruik van de Auteurswet door onze positie stevig neer te zetten met de 65 verenigde auteurs. Daardoor ging het over bijna alle boeken en niet over een klein deel.’
Mensink, die ook curator was van het failliete Uitgeverij Bzztôh, heeft een heel goede manier gevonden om de rechten van de auteurs te regelen. ‘Dat kan bij een volgend faillissement zo weer gedaan worden.’